Chase AlessiaMwa, hij gaat die uitdaging echt niet uit de weg. Gewoon ogen dicht en opeten. "Ik hou je wel aan je belofte, ik prop het desnoods bij je naar binnen." Met twee vingers vist hij toch wat huiverig een sprinkhaan uit een bak. Hij doet zijn ogen dicht, opent zijn mond en gooit het beestje naar binnen. Zijn kaken malen vurig heen en weer om het maar zo snel mogelijk weg te krijgen. Al kauwend opent hij zijn ogen weer. Het is niet vies. Het is mierzoet, maar de gedachte aan de sprinkhaan met vleugeltjes en pootjes zorgt ervoor dat hij het nog altijd niet doorgeslikt krijgt. "Mmmmm..." glimlacht hij flauwtjes. Alsof hij een hond is schudt hij zich even uit en pakt hij wat water om de restjes weg te spoelen. "Ik voel hem nog over mijn tong lopen" huivert hij. Met een grijns kijkt hij van de bak naar Leah en weer naar de bak. "Nu ben jij" en hij zal wel even helpen, gretig pakt hij het blokje iets uit de bak en duwt hij dat zacht tegen haar lippen aan. "Zeg eens Aaaa" lacht hij.
Noah TaylorVrolijk, maar lang niet zo hyper als de andere twee voegt hij zich bij Percival en Jarrod. Vertrekken zonder Dominic was geen probleem, die lastpak zou ze vast wel weer vinden. "Jullie zijn wel érg vrolijk" grinnikt hij als hij de grijnzen op beide gezichten ziet. "Waar is Thomas eigenlijk?" bedenkt hij zich hardop terwijl hij richting de stad begint te lopen "het zou me niks verbazen als die wel gewoon bij de meisjes is." Bij het zien van de drukker wordende straten neemt hij de omgeving even kort in zich op "Hij valt in elk geval op" Blond was nou niet de meest voorkomende haarkleur hier, dat was wel duidelijk. Het drukke stadsleven is helaas nog iets waar Noah aan moet wennen. De mensen hier kennen hem bijna niet en dus loopt iedereen voor zijn voeten en moet ook hij dringen om een goed plekje te veroveren bij een van de straatartiesten. Hij zucht diep en kijkt lichtelijk chagerijnig naar de menigte voor hem. Dit leven als reiziger is nog iets wat tijd nodig heeft om aan te wennen.
"Percccii" verzucht hij klagend, alsof die er wat aan kan doen. Als hij een rustige, zeg maar verlaten, zijstraat spot trekt hij de twee bijna aan hun armen mee. Met zijn rug leunt hij tegen de koele stenen muur om even van alle drukte te ontsnappen. "Kunnen we niet een stukje afsnijden?" Hij kijkt even de verlaten straat in. Het is er opvallend stil in vergelijking met de andere straten. Niet wetend dat rustige steegjes juist vermeden moeten worden lijkt Noah dit de ideale route te vinden. "Toch Jar?"