Olivier
Beginnend Tovenaar
Woonplaats: Sado!
|
|
Geplaatst: di apr 12, 2011 14:35

Een beetje geschrokken draait hij zich om als hij ineens de stem van Donovan hoort. Hij was met zijn concentratie volledig bij het feit dat hij voor Chase verborgen moest zien te houden dat Dorothy dood was, dus had hij Donovan niet horen aankomen. Hij voelt enigszins schaamte als Donovan begint over dat het niet de bedoeling is spullen door te verkopen, maar hij houdt zichzelf voor dat hij daar het volste recht op heeft. Hij moet ook zijn eigen broek omhoog zien te houden nu. Daar had Donovan als vriend vast begrip voor. Het was voor Syll niks nieuws onder de zon dat Donovan zijn werk serieus uitvoerde, dus zou hij er verder niet over in discussie gaan. Dat had overigens toch geen zin, dacht hij.
'Ik heb bijna alles gehad, alleen haar slaapkamer wil ik graag nog even controleren, zegt hij op formele toon. Zelf vond hij zoiets maar raar, het was toch een vriend van hem waar hij mee stond te praten. Over het opruimen zwijgt hij maar, dat zou Donovan vanzelf wel ontdekken.
Hij bemerkt dat het wel erg krap wordt nu ze met zijn vijven in de gang van een huurwoning staan. Hij wil net naar de aangrenzende kamer vertrekken zodat hij in ieder geval weer een beetje personal space heeft, als Chase vraagt waar ze mee bezig zijn. Razendsnel probeert hij een smoesje te verzinnen. Hij ziet dat Selene hem aankijkt en geeft haar een hou-je-mond-en-bemoei-je-er-niet-mee-blik. Hij hoopt dat hun broeder- en zusterband sterk genoeg is om dit soort non-verbale dingen te begrijpen. 'Dorothy is even...' begint hij zijn zin stamelend. Maar hij kan zijn zin niet afmaken, want Chase merkt ineens op dat de trap in brand staat.
Even is hij blij dat de vraag over Dorothy zo in het niets verdwijnt, maar als hij zich omdraait en bemerkt dat de trap écht in lichte laaien staat, wenst hij ineens vurig dat hij toch de vraag had moeten beantwoorden. Met een brand waren ze verder van huis.
Vlug stopt hij zijn vingers in zijn oren zodra Selene de brand ontdekt heeft, ze schreeuwt nu zo mogelijk nog harder als toen ze haar achtvoetige vriendjes ontdekte zo net. De brand zou hen in ieder geval wegjagen, dus dat probleem was opgelost. Altijd ook het positieve blijven zien hé. Vlug kijkt hij om zich heen, de krappe gang vult zich al snel met rook. Welke kant kunnen ze op? Hij hoort iedereen van alles door elkaar roepen en hij heeft al meteen het gevoel de controle over de situatie kwijt te zijn. Dat zorgde ervoor dat hij nu ook een beetje in paniek raakte. Maar dat zou hij niet laten werken.
'Rustig iedereen!' Probeert hij hen te overstemmen. 'Wie weet er een goede spreuk om vuur te bestrijden?' Hij ziet dat het bluswerk van Selene weinig uithaalt. Als ze dan ook nog zegt dat er mensen op zolder zijn wordt het helemaal een complete chaos in zijn hoofd. Ze moeten hier eerst zelf maar eens weg zien te komen. De mensen op zolder kunnen toch nog via de trap naar beneden?
Hij begint hevig te hoesten wanneer hij rook inademt. De rooklaag aan het plafond begint steeds verder te groeien en komt dus ook steeds lager. Hij loopt naar Selene – hoewel je het niet echt lopen kunt noemen, op 1,5 vierkante meter – en duwt haar naar de grond. 'Blijf laag! Hier heb je geen last van de rook!' Schreewt hij, hopend dat hij verstaanbaar is. 'Wacht hier, ik kom eraan.'
Hij heeft ondertussen al besloten dat ze zo snel mogelijk moeten zien te vluchten, blussen heeft waarschijnlijk toch geen zin. Bovendien zou er ieder moment vlamoverslag plaats kunnen vinden als er maar ergens een raam open staat.. En die kans was best groot, misschien stond de voordeur zelfs open. Dan zouden ze het sowieso wel kunnen schudden.
Hij worstelt zich tussen de mensen door – hij kan niet eens meer zien wie het zijn – en opent op hoop van zegen de deur naar Dorothy's kamer. Meteen controleert hij of het raam openstaat maar dit blijkt gelukkig niet het geval. Echter wordt hij wel bijna weggeblazen door een wolk rook die de kamer binnenkomt, vanwege de lagere temperatuur hier. Zijn plan om de deur direct weer dicht te doen heeft weinig nut meer.
Het beeld van Liz in de kamer en Dorothy op het bed ziet hij in een flits voorbij komen, maar hij schenkt er weinig aandacht aan. Hij heeft maar één doel voor ogen en dus probeert hij kruipend over de grond Dorothy's nachtkastje te bereiken. Hiervoor was hij gekomen en hij was vastbesloten niet nog meer van zijn toekomst in rook op te zien gaan.
Op de tast opent hij de lade van haar nachtkastje en begint er in te zoeken. Al snel heeft hij gevonden wat hij zocht; een kluisje. Hierin bewaarde Dorothy al haar spaargeld voor hun nieuwe huis. Hij pakt zijn toverstok en richt hem op het kluisje. 'Mini-ma-lus!' Brengt hij hoestend uit. De kluis krimpt tot het formaat van een dobbelsteen en snel steekt hij hem in zijn zak. Hij draait zich om en probeert terug de kamer uit te komen. 'LIZ, je moet hier weg! Brand!' Hij weet niet precies waar ze is, vermoedelijk nog aan de andere kant van de kamer, maar hij had haar nu in ieder geval gewaarschuwd.
Haastig vervolgt hij zijn weg naar buiten, maar dan knalt hij ineens hard met zijn hoofd tegen het bed aan. Half versuft zakt hij neer op de grond. Het wordt zwart voor zijn ogen.

Een beetje verbaasd kijkt hij de vrouw na, die zonder iets te zeggen het huis verlaat. Niet dat hij per se nog even met haar wilde praten, maar ze waren nu partners in crime, dan hoefden ze toch niet helemaal te zwijgen. Hij denkt er echter niet lang over na, maar verlaat vlak na haar ook het huis.
Als hij buiten is hoort hij iemand schreeuwen en draait zich om naar het huis. Brand brand. Opnieuw een helder moment. Een andere stem. Brand. Brand. Dan draait hij zich weer om en loopt weg, hij neemt de andere richting als die die de vrouw is opgegaan. Heel rustig loopt hij over de stoep en als even later verderop in de straat een vrouwtje hem vriendelijk groet groet hij haar vriendelijk terug. Wat was het toch een mooie dag voor een avondwandelingetje. Hij hield van de lente. Het moment dat je eindelijk weer naar buiten kon. Jammer dat hij zijn wandelingetjes vaak alleen moest maken. Zo gebeurde er nooit eens iets.
En zo vervolgde hij zijn tocht naar huis, peinzend.
_________________ 'I've to go back, haven't I?' 'That is up to you.'' Do I have a choice?' 'Oh Yes.' Dumbledore smiled at him. 'We are in King's Cross you say? I think that if you decided not to go back, you would be able to...let's say...board a train.'
|
|